Zo lang mogelijk zelfstandig wonen, dat is de ambitie van het Programma Langer Thuis gelanceerd door de Rijksoverheid. Het Kabinet investeert daartoe de komende jaren ruim 340 miljoen euro voor onder andere een geschikte woonsituatie voor ouderen dankzij woningaanpassingen en verhuizing. Gemeenten en lokale partijen krijgen de opdracht om ‘de lokale (woon)opgave in beeld te brengen en tijdig voor te bereiden op de veranderende woonwensen en de daaruit voortvloeiende woonopgave van ouderen’. Om dit goed te kunnen doen is het belangrijk om te weten: wat willen Friezen? En welke belemmeringen en mogelijkheden ervaren zij als het gaat om wonen en zorg?
Van mensen wordt verwacht dat zij nadenken over hun toekomst waarin zij steeds meer zelfredzaam moeten zijn. Maar wat willen en kunnen Friezen zelf als het gaat om een geschikte woonsituatie in de toekomst? De meeste Friezen zijn in het bezit van een koopwoning. Als eigenaar ben je zelf verantwoordelijk voor het levensloopbestendig wonen of tijdig verhuizen. Dit is ook te herkennen in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo): iemand heeft in principe geen recht op vergoeding van woningaanpassingen of verhuizing als de noodzaak hiervan was te voorzien.
Uit onderzoek van het Fries Sociaal Planbureau (FSP) onder ruim 2000 leden van Panel Fryslân blijkt dat het voorbereiden op de toekomst niet vanzelfsprekend is. Meer dan de helft van alle panelleden denkt nooit na over voorbereidingen voor later zoals woningaanpassingen. Ook weten ze niet hoe en waar ze later willen wonen en de meesten leggen geen geld opzij voor zorg. Leeftijd speelt overigens wel een rol, hoe ouder de mensen, hoe meer ze nadenken over voorbereidingen voor ‘later’. Al treft vervolgens ongeveer een kwart van de mensen ouder dan 65 jaar deze voorbereidingen niet. Weinig mensen lijken voorbereid te zijn op het moment waarop hun woning niet meer aansluit op hun persoonlijke behoeften.
Gemeenten en lokale partijen krijgen met het Programma Langer Thuis de opdracht mee om ‘de lokale (woon)opgave in beeld te brengen en tijdig voor te bereiden’. Maar wat wordt met dit ‘tijdig voorbereiden’ bedoeld? Tijdig voorbereiden van de mensen, het beleid, de woningen of de omgeving? Om zicht te krijgen op deze opgave is in ieder geval informatie nodig over de fysieke situatie in Fryslân (zoals bijvoorbeeld: woningvoorraad) en de sociale situatie (zoals bijvoorbeeld: houding, gedrag, wensen en keuzes van Friezen). Over deze onderwerpen is al enige informatie voorhanden. Zo brengt de Woonzorgatlas (2017) het veranderend landschap van zorgvastgoed in kaart. Over de sociale situatie is ook informatie voorhanden zoals de Staat van de Friese senioren (2017) en de panelonderzoeken ‘Zorg in Fryslân’ (2018), ‘Omgevingswet en betrokkenheid bij de leefomgeving ’(2017) en ‘Ouder worden in Fryslân’ (2017).
Het is belangrijk om Friezen te betrekken bij het in beeld brengen van de lokale woonopgave. De keus om ergens wel of niet te (blijven) wonen hangt vaak samen met contacten in de buurt, je thuis voelen en persoonlijk verleden. Deze ‘sociale factoren’ zijn onmisbaar om meer grip te krijgen op de woonwensen en mogelijkheden van inwoners. Is het voor (oudere) inwoners makkelijk om hun weg te vinden bij woningaanpassingen of verhuizingen? Wie helpt hen daarbij? Is het mogelijk om in de vertrouwde buurt te blijven wonen? Welke alternatieven moeten in de directe omgeving geboden worden? Wat wil men als de vergrijzing over haar hoogtepunt heen is? Dergelijke vragen zijn alleen te beantwoorden door met Friezen in gesprek te gaan en in z’n geheel naar de woonopgave te kijken.
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
Deze site is standaard ingesteld op 'cookies toestaan", om je de beste mogelijke blader ervaring te geven. Als je deze site blijft gebruiken zonder je cookie instellingen te wijzigen, of als je klikt op "Accepteren" hieronder, dan geef je toestemming voor het gebruik van Cookies.